Hoewel online advertising booming is, zien veel krantenuitgevers nog steeds veel heil in papieren uitgaven. Sinds Vacature als slogan voor het nieuwe magazineformaat “Ook een krant kan doorgroeien” gebruikt, wil elke krant zijn magazine. Vandaag lees ik dat Metro uitpakt met 4 magazines (“Metro Guide For Active People”, “Metro Festival Guide”, “Metro Back to School Guide” en de “Metro Xmas Guide”). Dat is nieuw: een gratis krant met een gratis magazine. Van de betalende kranten zijn we reeds langer gewoon dat ze de verkoop van de weekendeditie proberen aan te zwengelen door een gratis magazine toe te voegen. Deze dure marketingoperatie wordt grotendeels gefinancierd door de verkoop van reclamepagina’s. Meestal gaat het om extra reclameïnkomsten want men probeert uiteraard niet aan het krantenbudget van de adverteerder te raken, maar een graantje mee te pikken van het magazinebudget. Door een meer luxebenadering en een vrouwelijker positionering vult men het gat dat de basistitel niet invult.
Bij Metro gaat het vrijwel uitsluitend om het vinden van extra reclamegeld. De gidsen worden elk slechts één keer per jaar gepubliceerd. Maar toch is het tekenend voor de huidige trend waarin de pers zich bevindt. Zelfs de gratis media van het pull-type (niet de krantjes die gratis in je bus geduwd worden (push, volgens vandaag gepubliceerd onderzoek van OIVO gaat dit om zo’n 39 kilo papier per gezin per jaar), maar de krantjes of blaadjes die je zelf uit een display haalt) moeten met extra’s de aandacht trekken en de consument overtuigen om toch maar voor hen te kiezen. De strijd om de lezer is heviger dan ooit. De één doet het met een gratis orgasme (waardoor Flair 25.000 exemplaren meer verkocht dan gewoonlijk), de ander met een redactionele bijlage, een gids, een dvd, enz.
Maar het gaat niet enkel om de strijd om de lezer. Het gaat ook om de tijd van de lezer of consument. De lezer van kranten en tijdschriften krijgt steeds meer waar voor zijn geld om te lezen, met digitale televisie krijgt de kijker meer kanalen, programma’s en films om naar te kijken, met i-tunes en podcasts is er meer muziek om naar te luisteren, elke dag komen er duizenden blogs bij om te lezen en te schrijven, games om te spelen,…en als je als consument dat allemaal gedaan krijgt in 24 uur, kan je ook nog je tweede leven leiden op second life. Daar sta je dan als adverteerder die zijn boodschap kwijt wil…
Reclamemakers hebben dus wel in grote mate gelijk als ze stellen dat enkel superieure creativiteit nog in staat is de aandact van de consument even vast te houden. De consument zit meer dan ooit aan het stuur: wat niet relevant en interessant is, wordt genadeloos ontweken. Reclamevermijding is de standaardinstelling van de consument. Creativiteit is een standaardvereiste voor reclame, vind ik. Als de boodschap niet creatief verpakt is, heeft het toch geen enkele zin geld te besteden aan de verspreiding ervan?
Creatieven nemen trouwens een risico door zichzelf zo fel te positioneren als de redders van reclame. Vergeet niet dat ROI koning blijft! Reclame moet scoren, overuigen en opbrengen aan de kassa. Als alles media is, en reclamebureaus zelf nieuwe media uitvinden, en “the medium, the message is (en vice versa)” kan men zich niet meer achter “het medium is niet efficient” verschuilen. Voorlopig heeft men nog één geluk: de instrumenten om het bereik en het effect van deze innovatieve “media” te meten, ontbreken nog in grote mate en er wordt door adverteerders nog steeds te weinig geïnvesteerd in de monitoring van campagnes. Maar daarover moet ik het in een volgende aflevering maar eens over hebben. Tot over meer!
Patrick
<a href=”http://www.technorati.com/claim/h9dw567bfq” rel=”me”>Technorati Profile</a>